De Golden Earings waren in '66 de meest succesvolle Haagse groep. Met hun nette Mod uiterlijk deden ze het vooral goed bij jonge meisjes, hoewel ze niet echt blij waren met het stempel van meisjesgroep. Overal in het land kwam je hun in het witgekalkte namen op muren tegen. In de beatjaren '66 en '67 brachten ze een groot aantal knallers uit, zoals Don’t run to far, Daddy buy me a girl en In my house. Over 'Daddy' pochten ze in de Hitweek dat de acht instrumenten die in dit nummer verwerkt zitten, allemaal door hun zelf werden bespeeld. Dit in tegenstelling tot opnames van de Motions, waarbij hele blaasorkesten en gospelkoren voor de power moesten zorgen.

De compositie Don’t run too far werd zonder veel succes in Amerika uitgebracht. Latere pogingen tot verovering van Amerika in het rocktijdperk hadden meer succes.

In my house was de laatste single waarin Krassenburg als leadzanger optrad. Hij werd vervangen door Barry Hay, afkomstig van een andere populaire Haagse band,The Haigs. Omdat het thuispubliek gewend aan ze begon te raken, wilde ze minder in Den Haag spelen. Het buitenland werd vaker aangedaan. In Zweden speelden ze in de twee grootste clubs van het land. Er kwamen ongeveer 1000 man op af. Ook Duitsland werd aangedaan. Daar speelden ze in de 'Starclub' te Hamburg, de beroemdste club na de Liverpoolse 'Cavern'. Volgens de manager Senf hadden ze er veel succes.

Met de komst van de nieuwe zanger kreeg de band een nog commerciëlere inslag. Met commercie hadden ze, in tegenstelling tot de gangbare norm binnen de beatmuziek, weinig problemen. Voor Coca Cola namen ze de reclamesingle Things go better with Coca Cola op. Een vervelend nummer, maar de opbrengst was groot genoeg om de nieuwe bandbus er mee te bekostigen.

Ook de drummer verliet in '66 de groep. Cesar Zuiderwijk, van de groep The Ladybirds, nam zijn plaats in. De tweede LP Winter Harvest, die nog zonder Barry Hay was opgenomen, is de beste Nederbeat LP van het jaar '67. Het bevat stevige nummers en beatballads, waaronder You break my heart . Daarin wordt de zang ondersteund door een spinet. Dit klassieke instrument was toen even in de mode. De plaat werd opgenomen in de GTB studio van Phonogram, met opnameleider Jan Audier. Die was toen een van de weinigen die wel raad wist met de muziek van langharige jongens.

Er werd nog 1 LP opgenomen in '68 die binnen het kader van het beattijdperk valt Miracle Mirror. Deze LP kondigde een duidelijke omslag naar rockmuziek aan, al zijn de paar psychedelische nummers niet slecht. Naarmate de band in het buitenland bekender werd, nam de beatwaardigheid af.

De groep is, zoals bekend, nog steeds actief onder de naam Golden Earring. Voor wat de beat betreft stopt het verhaal eigenlijk in juli '68 met een single die op de eerste positie van de hitparade kwam: Dong dong dong dicky dicky dong dong etc.