Q65

De 'Kjoe', zoals ze door hun fans liefkozend werden genoemd, kwam voort uit de 'Leadbelly’s Limited'. Manager van het eerste uur Peter van Rooyen, had de Leadbelly's een kans gegeven om te spelen in zijn eigen club. Hij organiseerde daar dansavonden voor tieners. Bij dat optreden bleef de zaal maar half vol. Peter gaf de band toen als tip mee om een deel van de groepsleden te ontslaan. Zijn wijze raad werd opgevolgd. Na die shake-up werd de bandnaam gewijzigd in Q65. In het begin is het de manager die ze de trucjes van het vak bijbrengt. Zo zou hij de zanger Wim Bieler hebben voorgedaan hoe hij zijn stageact kon verbeteren door over de vloer te gaan rollen. Het eerste optreden volgde op 8 mei '65 in de Houtrust. De zaal ging plat. Bij het derde optreden werd de zaal letterlijk afgebroken.

Q65 werd niet de populairste band van Den Haag, maar wat mij betreft wel de beste. Ze groeiden uit tot de Hollandse Pretty Things. In het begin bestond zelfs driekwart van het repertoire uit Pretty Things covers. Er waren meer overeenkomsten met die band. Behalve de setlist hadden ze erg lang haar met hun gemeen en speelden ze net zo wild.

Het waren stevige knapen die, op één na, voorbestemd waren om na hun LTS- diploma in een fabriek te gaan werken. Het wilde karakter van de groep manifesteerde zich tijdens en soms na optredens “Als een zaal niet uitbetaalde, dan gingen we naar binnen en sloegen we de hele kankerzooi kort en klein” (Peter Vink in b-kant van de Beat blz?).

De stijl bleef, nadat ze een eigen repertoire hadden opgebouwd, primitieve beat met invloeden van oude blues. In het begin speelden ze drie á vier uur op een avond voor een gage van f.100,-

Door een scout van Phonogram worden ze ontdekt in de Drie stoepen. Peter Koelewijn nodigde ze uit voor opnamen in de Phonogram studio. Het eerste vinyl werd samen door Koelewijn en Jan Audier verzorgd. Het nummer You’re the Victor/And your kind kwam voor Philips uit op het Decca label. De verkoop liep onverwacht goed en leidde meteen tot de eerste hit. Het feit dat zelfs dit, in één take opgenomen punknummer, aansloeg bij het grote publiek, bevestigt dat beatmuziek algemeen geaccepteerd was. Er werden ongeveer 20.000 singles van verkocht.

Na nog een paar succesvolle singles, waaronder The life I live, brachten ze eind '66 hun door Hans van Hemert geproduceerde debuut LP Revolution uit. Het gerucht ging dat de LP eerst Lava zou gaan heetten. 

De plaat werd laaiend enthousiast ontvangen door de kritische vaderlandse muziekpers. Niet alleen de eigen nummers, ook de goed gekozen covers als Spoonful, spraken velen aan. Kenners vonden de plaat progressief vanwege de alternatieve instrumenten als de fluit en het harmonium. Het gebruik van exotische instrumenten bleek plotseling een belangrijk criterium voor de kwaliteit van nieuwe platen.